grens
Pandôo
Sepegrens \sêndagô ?\
- katikâti
- Over de grens gaan.
- Een natuurlijke grens.
- Hij is beroemd tot ver buiten de grenzen.
- Grenzen zijn er om geopend te worden.
- (Zäzämä) Op de grens van leven en dood.
- (Zäzämä) De productie heeft de grens van twee miljoen auto’s overschreden.
- (Zäzämä) De kritische grens.
- (Zäzämä) Een grens trekken tussen twee begrippen.
- (Zäzämä) Binnen de grenzen van het mogelijke.
- (Zäzämä) De werkloosheid heeft de grens van 10 procent overschreden.
- (Zäzämä) Alles heeft zijn grenzen.
- (Zäzämä) Grenzen verleggen.
- (Zäzämä) Een grens overschrijden.
- (Zäzämä) De grens van de humor overschrijden.
- (Zäzämä) Er zijn grenzen.
- (Zäzämä) Er zijn grenzen aan de lichtgevoeligheid van kinderen.
- (Zäzämä) Zijn grenzen kennen.